Zondag 36

99. 36:99. Wat wil het derde gebod?
Dat wij niet alleen met vloeken1),
of met valsen eed2),
maar ook met onnodig zweren3),
den Naam Gods niet lasteren noch misbruiken,
noch ons met ons stilzwijgen en toezien
zulke schrikkelijke zonden deelachtig maken4);
en in het kort,
dat wij den heiligen Naam Gods
anders niet dan met vreze en eerbied gebruiken5),
opdat Hij van ons recht beleden6), aangeroepen7),
en in al onze woorden en werken geprezen worde8).

100. 36:100. Is het dan zo grote zonde, Gods Naam met zweren en vloeken te lasteren, dat God Zich ook over diegenen vertoornt, die, zoveel als hun mogelijk is, het vloeken en zweren niet helpen weren en verbieden?
Ja gewisselijk;9)
want er is geen groter zonde,
noch die God meer vertoornt,
dan de lastering Zijns Naams;
waarom Hij die ook met den dood te straffen bevolen heeft10).

1) , 9)
a
2) , 10)
b
3)
c
4)
d
5)
e
6)
f
7)
g
8)
h