psalmberijming:1773:1

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
psalmberijming:1773:1 [19-09-2020 om 16.58 uur] ds. J.H. Zwartpsalmberijming:1773:1 [27-08-2024 om 16.51 uur] (huidige) – Externe bewerking 127.0.0.1
Regel 1: Regel 1:
-<sup>1:1</sup> Welzalig hij, die <i>in der</i> bozen raad<br><i>Niet</i> wandelt, noch op '<i>pad der zondaars</i> staat,<br>Noch <i>neder</i>zit, daar <i>zulken samen</i>rotten,<br>Die <i>roeke</i>loos met <i>God en godsdienst</i> spotten;<br><i>Maar</i> 's HEEREN wet blij<i>moedig</i> dag en nacht<br>Herdenkt, bepeinst, en <i>ijve</i>rig betracht.<br><br> +====== Psalm 1 ====== 
- +<sup>1:1</sup> Welzalig hij, die //in der/bozen raad\\ //Niet/wandelt, noch op '//pad der zondaars/staat,\\ Noch //neder//zit, daar //zulken samen//rotten,\\ Die //roeke//loos met //God en godsdienst/spotten;\\ //Maar/'s HEEREN wet blij//moedig/dag en nacht\\ Herdenkt, bepeinst, en //ijve//rig betracht.\\ \\  
-<sup>1:2</sup> Want hij zal zijn ge<i>lijk een</i> frisse boom,<br><i>In</i> vetten grond ge<i>plant bij enen</i> stroom,<br>Die <i>op zijn</i> tijd met <i>vruchten is be</i>laden,<br>En <i>sierlijk</i> pronkt met <i>onverwelkte</i> bladen;<br><i>Hij</i> groeit zelfs op in <i>ramp en</i> tegenspoed;<br>Het gaat hem wel, 't ge<i>lukt hem,</i> wat hij doet.<br><br> +<sup>1:2</sup> Want hij zal zijn ge//lijk een/frisse boom,\\ //In/vetten grond ge//plant bij enen/stroom,\\ Die //op zijn/tijd met //vruchten is be//laden,\\ En //sierlijk/pronkt met //onverwelkte/bladen;\\ //Hij/groeit zelfs op in //ramp en/tegenspoed;\\ Het gaat hem wel, 't ge//lukt hem,/wat hij doet.\\ \\  
- +<sup>1:3</sup> Gans anders is 't met //hem, die 't/kwaad bemint;\\ //Hij/is als kaf, dat //wegstuift voor den/wind;\\ Geen //zondaar/zal 't ge//wis verderf ont//komen,\\ Als //in 't ge//richt door //God wordt wraak ge//nomen;\\ //Hij,/die van deugd en //godsvrucht/is ontaard,\\ Zal niet bestaan, waar '//vrome/volk vergaârt.\\ \\  
-<sup>1:3</sup> Gans anders is 't met <i>hem, die 't</i> kwaad bemint;<br><i>Hij</i> is als kaf, dat <i>wegstuift voor den</i> wind;<br>Geen <i>zondaar</i> zal 't ge<i>wis verderf ont</i>komen,<br>Als <i>in 't ge</i>richt door <i>God wordt wraak ge</i>nomen;<br><i>Hij,</i> die van deugd en <i>godsvrucht</i> is ontaard,<br>Zal niet bestaan, waar '<i>vrome</i> volk vergaârt.<br><br> +<sup>1:4</sup> De HEER toch slaat der //mensen/wegen gâ,\\ //En/wendt alom het //oog van Zijn ge//nâ,\\ Op //zulken,/die, op//recht en rein van/zeden,\\ Met //vasten/gang het //pad der deugd be//treden;\\ //God/kent hun weg, die //eeuwig/zal bestaan,\\ Maar 't heilloos spoor der //bozen/zal vergaan.
- +
-<sup>1:4</sup> De HEER toch slaat der <i>mensen</i> wegen gâ,<br><i>En</i> wendt alom het <i>oog van Zijn ge</i>nâ,<br>Op <i>zulken,</i> die, op<i>recht en rein van</i> zeden,<br>Met <i>vasten</i> gang het <i>pad der deugd be</i>treden;<br><i>God</i> kent hun weg, die <i>eeuwig</i> zal bestaan,<br>Maar 't heilloos spoor der <i>bozen</i> zal vergaan.<br><br>+


Paginahulpmiddelen